Pater Karel Houben
Allerheiligste maagd Maria, mijn moeder!
Hoe zoet is het aan uw voeten te knielen en uw altijddurende hulp af te smeken.
Als aardse moeders voortdurend denken aan hun kinderen, hoe kunt u dan, de meest liefhebbende van alle moeders, mij vergeten?
Dagelijks bad Joannes Andreas Houben uit Munstergeleen (1821-1893), beter bekend als Pater Karel, tot Moeder Maria, zijn steun en toeverlaat. Niets bijzonders, want dat deden en doen heel veel mensen. Maar ook Pater Karel zelf is voor veel mensen, zeker in de gemeente Sittard-Geleen, een baken van troost en hoop, een middelaar tot God. In 2007 werd hij heilig verklaard. De kapel in de boerderij waar Andreas Houben in 1821 werd geboren, wordt jaarlijks door duizenden mensen bezocht. Wat is zijn levensverhaal?
Verlegen jongen
Joannes Andreas werd geboren in Geleen en op 11 december 1821 te Munstergeleen gedoopt als vierde kind in het molenaars- en landbouwersgezin Houben, dat uiteindelijk gezegend werd met tien kinderen. Andreas was een wat verlegen jongen, die opgroeide in een sfeer van eenvoudige vroomheid. Iedere dag begon met een gezamenlijk gebed. ’s Avonds bad het gezin bij het beeld van Maria de rozenkrans. Al op jonge leeftijd zag de vrome jongeling het priesterambt als zijn levensdoel. In november 1842 vertrok hij naar het passionistenklooster in Ere bij Doornik (België). Het bleek een definitief afscheid van zijn familie en geboortegrond.
Father Charles, een man Gods
In Ere kreeg Andreas de kloosternaam Karel van Sint Andries. De bisschop van Doornik wijdde hem op 21 december 1850 tot priester. Niet veel later vertrok Pater Karel naar Engeland. Vanaf de zomer van 1857 was het pas gestichte klooster Mount Argus in Dublin (Ierland) zijn thuis. Dertig jaar lang werkte Karel onder het Ierse volk. Vanwege zijn gave zieken te genezen verwierf hij wijde bekendheid, tot in Amerika en Australië toe. De verering die Karel werd betoond viel hem zwaar. Als introvert en dienstig man had hij een afkeer van bijzondere aandacht voor zijn persoon. Hij schreef de genezingen toe aan de almachtige God. De mensen noemden Father Charles een ’man Gods’.
De laatste jaren van zijn leven sukkelde Pater Karel met zijn gezondheid. In de ochtend van 5 januari 1893 sliep hij in. Vijf dagen lang lag ‘Father Charles from Mount Argus’ opgebaard. Elke dag liepen tienduizenden mensen langs zijn baar. Tijdens zijn uitvaart waren de straten rond de kerk één grote mensenmassa.
Dood, zalig, heilig
Na zijn dood zijn nog vele wonderbaarlijke genezingen aan pater Karel toegeschreven. Paus Johannes Paulus II verklaarde hem op 16 oktober 1988 zalig. Sindsdien wordt zijn sterfdag, de dag dat zijn eeuwige leven in Gods nabijheid begon, als zijn feestdag gevierd.
In 1999 genas Munstergelener Dolf Dormans op voorspraak van pater Karel op onverklaarbare wijze van een dodelijke darmaandoening. Dit officieel erkend wonder gaf de doorslag in het proces tot heiligverklaring. Op 3 juni 2007 werd Pater Karel in een plechtige ceremonie te Rome door paus Benedictus XVI heilig verklaard.
Bedevaartsplaats Munstergeleen
De paters passionisten hadden al in de jaren 1930 het geboortehuis van Pater Karel aangekocht om er een bedevaartsoord van te maken. In 1954 werd de schuur bij het geboortehuis ingericht tot kapel. Ook in de steeds verder geseculariseerde samenleving blijft de kapel voor vele mensen een plek van kracht en hoop.
Na de heiligverklaring in 2007 groeide het aantal bezoekers. De passionisten riepen in 2012 een aparte instelling in het leven om het bedevaartsoord zo te beheren 'dat het voor de mensen een plaats blijft, waar de gedachtenis aan Pater Karel levend gehouden wordt'. Het is een geestelijk tehuis, ook voor mensen die niet bij de Kerk betrokken zijn, waar de kernwaarden aandacht, hartelijkheid, vertrouwen, verbondenheid, toewijding, toegankelijkheid en respect centraal staan.
Peer Boselie en Peter Schulpen
Voor meer informatie over dit onderwerp zie:
N.N., Den postulator in de zaak van heiligverklaring, Leven van den Dienaar Gods Pater Carolus Houben, Passionist (1923).
Pater Edmund, Karel van Sint Andries. Passionist Joannes Andreas Houben (1938).
Antoine Jacobs & Arthur Schrijnemakers, ‘Munstergeleen – Karel Houben’, in: Bedevaartplaatsen in Nederland. Deel 3: Provincie Limburg (2000) 607-616.
Peer H.M. Boselie, Helende handen, een leven in context. Een geschiedenis van Pater Karel Houben in zijn en onze tijd (2007).
Baer Smit, ‘Het wonder van Munstergeleen’, in: Sittards Verleden 6 (2007) 42-45.