Fortuna '54
'K.N.V.B.-beker en contracten in buitenland voor Fortuna'54' en 'Na rust zette Geleens team 1-2 achterstand in 4-2 zege om' . Met dit soort koppen openden op 17 juni 1957 de sportpagina's van de kranten. Onder de eerste aanhef schreef de verslaggever van dagblad Het Binnenhof dat Fortuna '54 vooraf had laten weten: 'Als we geen landstitel kunnen bemachtigen [in het seizoen 1956/1957 werd de club tweede], dan maar de beker. Die levert in elk geval ook de nodige wedstrijden (vooral in het buitenland) op.'
Bekerfinale Feyenoord-Fortuna '54, 16 juni 1957
In het wedstrijdverslag werd geconstateerd dat Fortuna tijdens de finale al de 'uitgaansuniformen' aan had: 'wit shirt met rood-wit-blauwe biezen overdwars, witte broek en witte kousen. Het doet Braziliaans aan, maar daarvoor is het ook Fortuna, dat naar het buitenland gaat om voetbal te verkopen'.
De eerste
Fortuna ’54 was de eerste Nederlandse profclub en speelde een hoofdrol bij de introductie van het betaalde voetbal in ons land. De voetbalbond KNVB was begin jaren vijftig nog tegen een competitie van professionele clubs en wist het betaalde voetbal lange tijd te weren. Daardoor vertrokken talentvolle spelers naar het buitenland, waar ze een aardige cent konden verdienen. Het vaderlandse voetbal raakte in het slop.
Voetballiefhebber Gied Joosten uit Geleen zag juist perspectief. In het dagelijkse leven was hij directeur van de in Heerlen gevestigde bouwonderneming Vascomij. Joosten reisde het hele land af om clubs voor een profcompetitie te interesseren en slaagde erin die van de grond te krijgen. Nog voordat hij zekerheid had over het doorgaan van deze competitie, contracteerde Joosten Jan Notermans van Sittardia. Die was daarmee de eerste profvoetballer in Nederland. Hij zei hierover: ‘natuurlijk nam ik een risico, want als de plannen van Joosten zouden stranden, kon ik rekenen op een enorme schorsing. De beloofde vergoeding betekende een enorme salarisverhoging voor mij. Ik kreeg van Joosten dertig gulden voor een training en vijftig gulden voor een gewonnen wedstrijd. Bij Sittardia was de vergoeding slechts vijf gulden.’
Tot de nok gevuld
Gied Joosten bracht zijn spelers onder in de nieuw opgerichte voetbalclub Fortuna ’54. De nieuwe profs, onder anderen Henk Angenent, André Hofman, Frans de Munck, Jan Notermans en Arie Pieneman, trainden in het Burgemeester Damenpark. Joosten slaagde erin Nederlandse spelers uit het buitenland los te weken: hij breidde de selectie uit met Cor van der Hart, Wim Huis, Frans Maessen en Leo Kleintjens. Op 29 augustus vond de eerste (oefen)profwedstrijd in Geleen plaats: Fortuna’54-BVC Den Haag (3-2). Plaats van handeling was het Mauritsstadion, dat met 17.000 toeschouwers tot de nok gevuld was.
Top en middenmoot
In de eerste vijf seizoenen draaide Fortuna '54 mee in de top van de eredivisie. In de seizoenen 1954/'55 - 1958/'59 werd achtereenvolgens plek 3, 3, 2, 4 en 3 bereikt. Dat in deze jaren de landstitel niet werd behaald kwam onder meer door de vele oefenwedstrijden die Fortuna door de week speelde. Die leverden revenuen op. De club maakte naam in Europa. Fortuna kreeg uitnodigingen van roemruchte clubs als Real Madrid en de nationale elftallen van België en Zwitserland om ertegen te komen spelen. En ook in het Mauritsstadion maakten gerenommeerde tegenstanders hun opwachting: uit Engeland de Bolton Wanderers, West Ham United en Arsenal; uit Duitsland FC Köln, HSV, FC Kaiserslautern en Bayern München; Botafogo uit Brazilië; Boca Juniors uit Argentinie; Nimes, Racing Strasbourg en AS Monaco uit Frankrijk; voorts AS Monaco, Austria Wien, Rode Ster Belgrado (Joegoslavië) , Honvéd (Hongarije) en Galatasaray. (Turkije). Het kwam meer dan eens voor dat de spelers dagenlang onderweg waren om ergens een vriendschappelijke wedstrijd te spelen. Dan kwamen zij amper aan trainen toe. ‘We waren met de bus ergens in het oosten van Frankrijk,’ herinnerde André Hofman zich, ‘op weg van de ene wedstrijd naar de andere. Plotseling liet de trainer de chauffeur stoppen. Moesten we allemaal uitstappen, waarna de bus doorreed. Wij konden een kwartier achter de bus aanrennen, zo’n kilometer of vier. Daarna mochten we weer instappen en hadden we de training achter de rug.’
In de periode 1958-1966 eindigde Fortuna '54 veelal in de middenmoot van de eredivisie. Hoogtepunt in deze jaren van de clubgeschiedenis was de tweede verovering van de KNVB-beker. Fortuna won de trofee in 1964 door in de finale ADO na strafschoppen met 3-4 te verslaan.
Noodlijdend
Financiële problemen en het uiteindelijke faillissement van Fortuna's hoofdsponsor, Gied Joostens bouwbedrijf Vascomij, leidden ertoe dat Nederlands eerste profclub geen sterrenelftal meer op het veld kon brengen. Door het sterk inboeten aan kwaliteit eindigde Fortuna in het seizoen 1966/'67 in de onderste regionen van de eredivisie. Een jaar later degradeerden Fortuna en Sittardia als voorlaatste en laatste in de competitie.
Uit pure noodzaak fuseerden de profclubs uit Geleen en Sittard. Onder de naam Fortuna Sittardia Combinatie (FSC) mocht de fusieclub in het seizoen 1967/'68 deelnemen in de eredivisie. Op korte termijn baatte de fusie niet, want met slechts 18 punten uit 34 wedstrijden degradeerde FSC naar de eerste divisie.
Maarten de Kever en Peter Schulpen
Voor meer informatie over dit onderwerp zie:
Theo Vaessen, Fortuna Sittard story: 30 jaar betaald voetbal in de Westelijk Mijnstreek (1984) 4-17.
Koos Snijders, Theo Vaessen: 40 jaar betaald voetbal 1954-1994. Een compleet overzicht van 1954 tot 1994: Fortuna ’54, Sittardia, Fortuna Sittard (1994) 5-40.
Link naar Fortuna museum: https://www.fortunasittard.nl/club/fortuna-museum/
Link naar docu Fortuna pioniers van betaald voetbal: https://www.youtube.com/watch?v=8AhEw5VEXtA